Alex heeft de hele nacht lopen spoken, die is ziek. Ik heb wederom erg goed geslapen. Het zal de stilte zijn, los van het gesnurk van Marcel… Alhoewel die mij weer beschuldigd van snurken…
Na het ontbijt de spullen inpakken en we zijn onderweg. We gaan eerst even kijken bij St. George. Daar aangekomen staan er 2 Fransen zich om te kleden om zo te gaan duiken. Beide in een natpak (brrr, toch best koud hoor met een watertemperatuur van 12 graden), zij met een enkele fles, hij met een D7. De poel bij de ingang ziet er veelbelovend uit en we hopen dat als we straks terugkomen de zichtbaarheid in de grot ook goed is. Daarna rijden we door naar Font de la Truffe. Het is even zoeken geblazen, zeker als je zo ongeveer door het huis van een Fransman heen moet rijden, maar hij wijst ons dat we goed zitten, dus toch maar doorrijden. Ook hier ziet het poeltje voor de ingang er goed uit. We tuigen onze spullen op en gaan te water. Helaas ontstaat er daardoor al een mistwolk in het poeltje. De zichtbaarheid neemt hier al wat af, maar goed. Alex moet nog even het water uit om een andere manometer aan te sluiten, omdat de zijne te veel lekte.
Na onze checks, kunnen we naar beneden. We hebben natuurlijk de verhalen gehoord over deze restrictie en we weten dat het erg moeilijk kan worden. We hebben dan ook de duidelijke afspraak dat als iemand zich er niet lekker bij voelt, het omdraaien is en klaar. Marcel gaat eerst. Voor mij verdwijnt zo’n beetje het complete zicht. Ik kan nog net mijn eigen lamp zien en de blaadjes die voor me dwarrelen door het water en het stof dat opstijgt vanuit het grint. Ik kronkel mezelf over een grote steen heen, dan head-first naar beneden (ik lijk wel een slangenmens). Het is krap, maar ik vind het nog meevallen. Is dit nou die restrictie? Euh nee, een stukje verder zie ik de eigenlijke restrictie. Hier zal ik echt tijgerend doorheen moeten. Marcel’s lamp zie ik een stuk verder schijnen, hij ligt inmiddels al in de grot en door de helderheid van het water, kan hij met zijn lamp ontzettend veel verlichten. Ik moet me echter eerst nog door deze restrictie wurmen. Ok, armen naar voren, buik plat op de grond, geen lucht meer in mijn wing en naar voren bewegen. Klonk, klonk, klonk, mijn flessen tegen het plafond. En ik zit vast. Mmm, wat nu. Ik probeer wat naar rechts, geen beweging, ik probeer wat naar links, geen beweging. Ok, dan maar weer een stukje naar achteren. Dat gaat goed en ik lig weer voor de restrictie. Ok, nieuwe poging. Ik tijger weer over de bodem naar voren, weer klonk, klonk, klonk. En weer zit ik vast. Mmm, toch raar, Marcel is er toch ook doorheen gekomen. Zouden dan toch mijn borsten zo in de weg zitten……?
In totaal heb ik zo 5 pogingen gedaan, maar helaas zonder resultaat. Inmiddels Marcel al geseind dat ik terug ga. Ik heb hier geen zin meer in. Ik voel me nu nog goed, ondanks zo goed als geen zicht en continu vastzitten en ik heb geen zin dat het misschien gaat overslaan in stress of erger in paniek. Ik kan keren in het tussenstukje en geef aan Michel het signaal dat ik terug wil. Hij kruipt naar achteren en ik kan als een slangenmens over het rotsblok weer naar de uitgang. Mmm, dat was toch nog ff te veel van het goede. Dit nog maar eens over een paar maanden of zo proberen.
Ondanks dat Michel en Alex de tweede restrictie niet hebben gezien, houden ze het ook voor gezien na de verhalen van Marcel en mij.
We pakken snel alle spullen in en rijden richting St. George. Daar aangekomen hangen we de sets weer op onze rug en stappen het poeltje in. Dit keer gaat Michel voorop, ik ben tweede, Marcel derde en Alex is dit keer hekkensluiter. Het zicht is helaas niet al te goed. De vraag is natuurlijk of dit komt door de Fransen van vanochtend of dat het sowieso niet al te goed was. Het is een stuk moeilijker om nu ook de grot goed te beleven. Je ziet zoveel minder en ik vind het dan ook een stuk minder leuk. Toch is dit wel goed voor de ervaring natuurlijk. Als we vlakbij de 1e T zijn, verbaas ik me over een stukje ingewikkelde lijn. Het is echt een wirwar en het is echt even goed kijken hoe de doorgaande lijn loopt. Als we bij de 2e T zijn, call ik de duik. Ik zit op turnpressure en we draaien dan ook om voor de terugweg.
Weer terug boven, willen we eerst gaan lunchen bij het poeltje, maar het stikt er helaas zo van de vliegen, dat we maar besluiten om ergens anders naar toe te gaan. Omdat het inmiddels ook al wat later is geworden, rijden we linea recta naar Landenouse. We willen nog een mooie afsluitende duik maken. Tegen 4 uur komen we aan en een half uur later maak ik de vervelende klim van de ladder het poeltje in. Gelukkig staat het water flink veel hoger dan de laatste keer voor mij in september vorig jaar. Voordat ik nu de tijd heb om bang te worden op deze ladder, lig ik al in het water. Het zicht in de eerste 200 meter is niet echt super goed. Ongeveer 10 meter. Ik krijg een seintje van Marcel om het iets rustiger aan te doen. Als ik op mijn computer kijk en op de markering van de lijn, zie ik dat ik inderdaad een te hoog tempo heb aangehouden. Ik ga wat rustiger zwemmen en op 22 minuten call ik de duik. Dit laatste stuk is het zicht overigens een 10-15 meter, dus iets beter.
Terugweg kan ik genieten van een wat beter overzicht door de 3 duikers voor mij die de grot belichten. Terug in de put maken we onze stops en even later sta ik weer op die rotladder voor de klim naar boven.
(op bijgaande foto zie je hoe het waterpeil was in september 2009 – het water stond nu tot ongeveer 1-1,5 meter onder de rand)
Bij de auto’s staan uiteindelijk 4 blije duikers die in de afgelopen dagen mooie duiken hebben gemaakt. We hebben prachtig weer gehad en het zicht in de grotten was over het totaal bezien erg goed.
In de schemer rijden we terug naar ons huisje bij André Grimal. We komen laat aan. We willen ’s avonds gezellig uit eten gaan om deze mooie dagen af te sluiten. Als we na 9 uur het dorp in rijden, komen we echter van een koude kermis thuis. Overal waar we proberen om nog een hapje te eten, krijgen we een “nee” te horen. Gramat is in deze periode niet ingesteld op toeristen die iets later op de avond nog een hapje willen eten. Veel restaurants/hotels zijn zelfs gesloten. Alex en Michel rijden nog een extra rondje om te zien of ze nog ergens iets van afhaal kunnen vinden. Terug in het huisje maak ik maar een cup-a-soup. Tezamen met wat stokbrood en camembert is dat het avondeten voor vanavond. Een beetje jammer natuurlijk, maar ach de gezelligheid is er niet minder om. We kletsen nog wat na over de afgelopen dagen, nemen nog een glaasje wijn als afsluiter en dan is het tijd om naar bed te gaan. Morgen hebben Marcel en ik weer de lange reis naar huis op het programma. Alex en Michel blijven nog een dagje extra en gaan nog 2 duiken extra maken.
Ik kijk nu al uit naar het volgende tripje, dat waarschijnlijk in mei gaat plaatsvinden.