In de herfst laten loofbomen hun bladeren vallen. Ook de beuk doet dat. Maar jonge beuken doen daar niet aan mee. Zouden ze het nog moeten leren? Liggen ze dwars? Of zou het toch een bepaald voordeel opleveren om de bruine, verdorde bladeren in de winter vast te houden? In elk geval kan het wel een mooi plaatje opleveren in de winter.
In februari zitten sommige Blauwe Reigers al op de eieren. Het nest hebben ze dus al eerder gemaakt. Ze maken het meestal in een boom en het bestaat dan uit een platform van takken met een kuil in het midden voor de eieren.
De man brengt het materiaal, de vrouw doet de bouw. Vaak wordt het nest van vorig jaar opgehoogd, maar bij een nieuw nest is de vloer vaak zo dun, dat je van onderaf de eieren kunt zien liggen. Die eieren hebben (heel toepasselijk) een blauwe zweem.
Vandaag staat een excursie van de IVN Natuurgidsenopleiding in het Haagse Bos over bomen op de planning. Lekker dichtbij huis.
Maar wat schetst mijn verbazing als ik het vrijdagbriefje van onze Roots scheurkalender haal. Het natuurweetje van vandaag gaat over….. jawel BOMEN!
De vraag luidt: “Is een spijker in een boomstam slaan slecht?”
Op de achterkant lees ik het volgende antwoord:
“Er gaan jaarlijks heel wat spijkers in bomen. We hangen nestkastjes op, we vragen aandacht voor onze weggelopen poes of kondigen een rommelmarkt aan. Zo’n spijker gaat door vier lagen van de boomstam heen: de schors, de bast, het cambium en het hout. Alleen het cambium bestaat uit levende cellen. Het hout, dat het grootste volume vormt van de boom, is levenloos, maar kan door schimmelinfecties gaan rotten en in ernstige gevallen kunnen er holten ontstaan waardoor de boom instabiel wordt. In theorie is dat bij een spijker niet helemaal uit te sluiten, maar de kans is wel erg klein. Bomen hebben een uitstekend mechanisme om wonden te herstellen. Ze overgroeien verwondingen door extra houtcellen te vormen. Door de jaarlijkse nieuwe jaarringen is er van kleine verwondingen, zoals die van een spijkergaatje, al snel nog maar weinig te zien. Op termijn zal de spijker worden ingesloten, maar tegen die tijd zal het nestkastje al vervangen of aan renovatie toe zijn. Kortom, hang gerust een nestkastje op, maar zoek wel een stevige, gezonde boom op.”
Copyright Han van Meegeren
Koud, miezerig, maar ongelooflijk prachtig was de 18,5 km die we vandaag hebben gelopen tijdens de Scheveningen Light Walk 2016. Start vanaf de Pier (ophalen startbewijzen nog niet helemaal lekker georganiseerd deze eerste keer), met het eerste stuk over het strand.
Onderweg allerlei prachtige verlichte objecten, kunst, muziek, bezinning (kaarsjes in een bootje met boodschap het water opsturen), maar ook uiteraard genieten van wat lekkers.
Een kleine foto-impressie van onze tocht:
Mooi leermoment was voor mij dat meeuwen ook in de nacht langs de kust vliegen. Ze gaan dus niet ergens rusten, maar blijven gewoon dichtbij land rond vliegen. Ze waren mooi zichtbaar doordat de vuurtoren ze keer op keer belichtte.
Vandaag een wandeling gemaakt met Sanne en Marcel in Meijendel. Vanuit het bezoekerscentrum zijn we door het Vogelbos gelopen (helaas niet veel vogels gehoord en gezien) en daarna nog even door de Libellenvallei, om weer te eindigen bij het bezoekerscentrum.
Het is fris en een beetje druilerig en grauw, en over het algemeen erg rustig in het bos. We komen uit bij een mooi uitzichtpunt. In de verte zien we op de plas Grote Zaagbekken, Smienten, Knobbelzwanen en zelfs een Grote Zilverreiger. Een Buizerd zit precies tussen ons in alles vanaf een tak te observeren.
We kwamen nog wel een bijzonder soort gelei-achtige substantie tegen. Is het een paddenstoel of iets anders? Geen idee, maar met behulp van een determinatiegroep op Facebook kwam al snel het antwoord. Het wordt Sterrenschot of Heksensnot genoemd. Meer informatie erover is hier te vinden: https://nl.wikipedia.org/wiki/Sterrenschot